Puzzelritten – Hoe werkt dat….

 

Wat is een puzzelrit?

 

Bij de inschrijftafel, kort voor de start, ontvangt elke deelnemer een eenvoudig reglement, waarin de spelregels staan uitgelegd. Het is van belang dit reglement goed door te nemen, omdat de uitzetters tijdens de rit zullen proberen op basis van dat reglement de deelnemers in de val te laten lopen.

 

Bij de inschrijftafel/start ontvangt elke deelnemer 3 minuten voor hun starttijd vervolgens de routebeschrijving. Wanneer de in de routebeschrijving vermelde routeopdrachten één voor één uitgevoerd worden, komt elke deelnemer ook weer keurig binnen de toegestane tijd bij de finish. Voor elke minuut die een deelnemer te laat bij de finish komt krijgt hij 1 strafpunt.

 

Door middel van bemande- en onbemande routecontroles controleren de uitzetters of de deelnemers de door de uitzetter bedoelde route foutloos rijden. Voor elke gemiste goede controle, alsmede voor elke genoteerde foutcontrole krijgt een deelnemer 30 strafpunten. Aan het eind van de rit wint de deelnemer die het kleinst aantal strafpunten heeft behaald.

 

Om zo min mogelijk strafpunten te behalen dient de routebeschrijving en het reglement nauwkeurig gelezen te worden. Daarnaast helpt gezond verstand ook om strafpunten te voorkomen.

 

Oriënteringspunten en opdrachten

 

Oriënteringspunten dienen als hulp voor het bepalen van de juiste route, maar zijn tevens het belangrijkste wapen van een uitzetter om je in de val te lokken. Oriënteringspunten moeten vaste objecten zijn, die zich uitsluitend aan de rechterzijde van de route mogen bevinden. (of recht voor je) Bijvoorbeeld kerken, banken, lantaarnpalen of verkeersborden. Maar ook afbeeldingen van deze objecten. Ook kan gebruik worden gemaakt van teksten.

 

De route-opdrachten dienen in nummervolgorde te worden uitgevoerd. Elke genummerde opdracht met leiden tot een (ongedwongen) richtingsverandering. Neutrale opdrachten (A, B, C, enz.) leiden de deelnemer zonder problemen door een deel van de route; dergelijke opdrachten behoeven niet te leiden tot een verandering van rijrichting. Zolang een opdracht (nog) niet uitvoerbaar is, rijd je rechtdoor, net zo lang tot de opdracht wél uitvoerbaar is; of totdat je wordt opgevangen door een routecontrole met een herstelopdracht. Een herstelopdracht is een opdracht die bij een routecontrole wordt gegeven met het doel de goed- en foutrijders (weer) op dezelfde route te krijgen. Herstelopdrachten staan meestal in code. Deze codes staan in het reglement dat voor de rit wordt uitgereikt. Een voorbeeld van een routecontrole vind je bij de starttafel.

 

Met HOOFDLETTERS en tussen aanhalingstekens geplaatste delen van een opdracht dien je als tekst waar te nemen.

         Bijvoorbeeld:

  1. na "BANK" R betekent dat je na de tekst bank naar rechts gaat.
  2. na bank L betekent dat je na een bankgebouw (of een zitbank) links gaat.

 

Met één hoofdletter en tussen aanhalingstekens geplaatste delen van een opdracht dien je als straatnaam waar te nemen.

         Bijvoorbeeld:

  1. "Hoofdweg" L betekent dat je een weg met de naam Hoofdweg links in moet slaan.

 

Indien een gedeelte van een opdracht onderstreept is, bevat dat deel van de opdracht geen val.

         Bijvoorbeeld:

  1. na rood/witte slagboom 1e weg R

               (rood/witte is géén val, slagboom kán een val zijn)

 

Per opdracht dienen de gevraagde oriënteringspunten in de juiste volgorde voor te komen en zich gehéél na elkaar bevinden.

         Bijvoorbeeld:

  1. na bank, lantaarnpaal en brug, viersprong L.

Dus eerst de bank, dan een lantaarnpaal en dan een brug.

 

Een oriënteringspunt dat in de vorige opdracht is gebruikt mag in de huidige opdracht niet opnieuw worden gebruikt.

         Bijvoorbeeld:

  1. na twee kerken einde weg L
  2. na kerk, VRW R.

      Dit moeten dus drie verschillende kerken zijn.

 

Een stukje van de routebeschrijving zou er als volgt uit kunnen zien:

  1. viersprong R ("Het Moor")
  2. na derde lantaarnpaal, klinkerweg R
  3. 2e vierprong R
  4. na klinker weg L
  5. na koe R

 

Wat kan er nu met deze opdrachten aan de hand zijn?

 

  1. Ga op een viersprong (samenkomst van vier wegen) rechts. De weg die ingereden wordt, dient Het Moor te zijn. 
  1. Na de derde lantaarnpaal (die volgens het reglement uitsluitend aan de rechterzijde van de weg gezocht moet worden) klinkerweg rechts gaan, waarbij je moet opletten dat de weg ook echt een klinkerweg is en deze bijvoorbeeld niet voor de helft uit asfalt (of iets anders) bestaat.
  2. Hier moet de navigator of kaartlezer dus opletten. Er staat vierprong in plaats van viersprong. Dat is niet per ongeluk een typefout, maar een test van de uitzetter of iedereen nog oplet. Niemand weet wat een vierprong is, dus rechtdoor blijven rijden tot een routecontrole iedereen weer op de juiste route brengt.
  3. Ook hier moet de kaartlezer opletten. Er staat wederom bewust een spatie tussen de woorden klinker en weg. Dat betekent dat er op zoek gegaan dient te worden naar een klinker (straatklinker, maar ook de letters A, E, I, O of U) om daarna eerste weg links te gaan.
  4. Langs de route komen de deelnemers vast en zeker een (loslopende) koe tegen. Toch niet rechts gaan om de opdracht uit te voeren, omdat deze koe geen vast object is. Ook niet rechts gaan om de opdracht uit te voeren, nadat u een afbeelding van een stier gevonden hebt, omdat er nogal een flink verschil is tussen een koe en een stier!

 

 

Bovenstaande is bedoeld om je een beeld te geven hoe onze puzzelritten in elkaar steken. Een verduidelijking van het originele reglement, welke elders op de site staat weergegeven.

 

Onze werkwijze:

  1. de ritten uitzetten volgens alle geldende verkeersregels
  2. het reglement
  3. het woordenboek (o.a. Van Dale) is van toepassing

 

Nog een paar tips:

  • Typefouten in de routebeschrijving bestaan niet! Laat u hierdoor niet in de val lokken, de uitzetter heeft hier beslist een bedoeling mee.
  • Kijk bij gebruik van afkortingen in de routebeschrijving altijd of deze zijn toegestaan in het reglement.
  • Let er op of alle routeopdrachten wel in de goede volgorde staan in uw routebeschrijving.
  • Zoek woorden waarbij u twijfelt op in het woordenboek, vaak zijn er meerdere betekenissen.
  • Komt u eigengemaakte verkeersborden tegen, kijk of deze juist zijn en volg ze op zoals vermeld in het wegenverkeersreglement.
  • Kijk ook goed naar de plaatsing van leestekens. Na lantaarnpaal voor verkeersbord is wat anders dan Na lantaarnpaal, voor verkeersbord (in het eerste geval handelen na het geheel van oriënteringspunten (lantaarnpaal voor verkeersbord), in het tweede geval na de lantaarnpaal en voor het verkeersbord handelen .
  • Een doodlopende weg (zichtbaar of aangeduid door de tekst DLW of een verkeersbord) is niet aanwezig, dus daar kunt/mag u niet inrijden.
  • Ritpijlen met de tekst PCO, conform het voorbeeldenbord, geven een verplichte rijrichting aan.

 

Succes met de rit, maar mocht u nog vragen hebben voordat u met de rit begint, schroom dan niet om deze te stellen. klik op deze link voor het vragenformulier.